2016
Veel heil en zegen in het nieuwe jaar! In de natuur om ons heen gingen de feestdagen van Kerst en Jaarwisseling ook deze keer weer niet gepaard met ijs en sneeuw. Daardoor komt de herinnering daaraan in ons geheugen steeds verder af te staan van de actuele ervaring en ga je bijna denken dat de uitbeelding ervan op kerst- en nieuwjaarskaarten louter op fantasie berust. Daarom zou het, vind ik, goed zijn als ‘de oude wintertijd’ nog weer eens een keer terugkeerde, al was het maar omdat de kinderen van na 2000 anders heel wat missen: juist in je jeugd is die beleving, lijkt mij, fundamenteel voor je levenservaring. Zowel positief: sneeuwpop, sneeuwpret, sleeën, schaatsen (korte baan en toertocht), schotsen trappen, koek en zopie, beuken, ga zo maar door. Zoiets niet meemaken -op oudere leeftijd als toekijker- zou een gemene hap uit ons leven zijn. Maar ook negatief: ijsbloemen op de ruiten, bijna bevroren vingers en tenen, te dunne bivakmus of wanten, uitglijden op bevroren sneeuw, door het ijs zakken, enzovoorts. Voor mij was het trouwens ook dit jaar weer prettig om overal vrijuit met de auto naar toe te kunnen voor de kerkdiensten. Maar ik blijf hopen nog eens een ‘echte’ winter mee te mogen maken.
Preekjes
Mijn ‘gelegenheidspreekjes’ bij Kerst en Oud en Nieuw kwamen neer op het zoeken naar evenwicht. Met Kerst tussen realisme en idealisme, dus tussen feiten en verlangens. Kijk scherp naar wat er gaande is, maar durf ook te dromen. En bij de Jaarwisseling tussen bidden en werken: Ora et Labora. ‘Bidden’ betekent in onze tijd gelukkig heel wat meer dan afwerken van weesgegroetjes: zoeken naar diepgang en geestelijk contact, zoeken naar achtergrond en zin, uitzetten van (ook niet-rationele) antennes. En ‘werken’: je handen uit de mouwen steken ook buiten het arbeidsproces: als kind, als student, als jammergenoeg werkloze, als zieke, als gepensioneerde: ieder kan in eigen omstandigheden een ‘werkende’ helpmens zijn. Werken gaat niet alleen om geld verdienen. Bidden niet alleen om liturgie. Zoiets.
Ik hoop dan, als ik me daar druk over maak, dat ik niet de enige ben die over zoiets nadenkt. Een goede preek doe je samen.
Ilpenstein
Mijn moeder kwam uit Ilpendam. Daar is nu haar laatste nicht overleden. Die woonde nog op de boerderij van haar -en dus ook van onze- vroegere familie die ”t Hof’ heette omdat daar voorheen het kasteel Ilpenstein had gestaan. Als kind mochten we wel eens met ons moeder mee om via de lange oprijlaan met aan weerszijden fruitbomen het grote en geheimzinnige huis van onze overgrootvader te bezoeken. Ik ruik nog de boeregeuren. Sic transit…
Uit in Amsterdam
Zoals ik vorige keer al schreef, kwam ik in de laatste dagen van vorig jaar ook nog toe aan het culturele leven van Amsterdam. In de Stopera zag ik ‘Hänsel und Gretel’ van E. Humperdinck: een poging om het Hans en Grietje-sprookje enigszins te actualiseren (krottenwijk, vuilnisbelt, vluchtelingen, kindermisbruik, dromen, dansen en zingen ondanks alles enz.). Gemakkelijk in het gehoor liggende (volks)muziek, eerste klas-solisten en fantasierijk spel. Ik heb genoten, al was het wel even wennen. In het feestelijk versierde Concertgebouw was ik bij de uitverkochte uitvoering van Bach’s Weihnachtsoratorium (de eerste drie delen) op de middag van eerste Kerstdag. Ik was het met de recensies eens: de uitvoering had wel wat inventiever gekund. Maar natuurlijk: toch genoten.
Hoevinudie?
In Trouw stond de volgende Correctie:
In de necrologie van dichter en predikant Jaap Zijlstra (pag. 12, Trouw van 23 dec.) is een fout geslopen. Het genoemde kerklied heet niet: ‘Wij leven voor de wind’ maar ‘Wij leven van de wind’.