Dagenvariatie – Winterreise – ICT-termen – Kranten – Hoevinudie?

Dagenvariatie – Winterreise – ICT-termen – Kranten – Hoevinudie?

Dagenvariatie
Gelukkig zijn niet alle dagen van iemands leven hetzelfde. Per levensperiode en per jaar, per seizoen, per maand, per week, per dag maak je niet alleen allerlei persoonlijke ervaringen en dus variatie mee, maar er zit bovendien in onze gezamenlijke cultuur ook -gelukkig!- een zekere structuur die a.h.w. een dreigende saaiheidservaring bestrijdt en tot op zekere hoogte voorkómt. Ik ben daar blij mee en doe er volop aan mee. Misschien zelfs geeft de ervaring van de variatie in onze cultuur extra zin aan ons leven. Neem nou de ‘feestdagen’ in december. Je hoeft niet aan alles mee te doen, maar Sinterklaas, Advent, misschien late herfst- en winterpret, Kerstdagen, wintersport, Oud- en Nieuw: stel dat die er niet in zaten in deze tijd van het jaar en alle decemberdagen hetzelfde waren… Heel erg, liever niet. Ook al wordt er wel een stevig beroep gedaan op je energie en zorgzaamheid als je weer wat te wachten staat.

Winterreise
Op 19 november mocht ik in het Muziektheater aan ’t IJ Schuberts Winterreise meemaken, gezongen door Florian Boesch. Prachtige stem, prachtige interpretatie, Tamelijk onverwachts kwam ik pas een aantal dagen later te weten waar Schubert -of eigenlijk Wilhelm Müller, de liedtekstschrijver- de drie zonnen (lied 24) vandaan haalde. Vroeger werden de jaarlijkse (patroon)heiligenfeesten van de kerken begonnen op de vooravond (vigilie) van de sterfdag van de heilige, die uiteraard door zijn sterven de open toegang naar de hemel had bereikt. Men begon de viering als aan het begin van de invallende avond de eerste drie sterren aan de hemel waren verschenen: teken dat hij  (of: zij) goed was aangekomen. De ik-figuur van Schuberts lied zag in zijn tragische verdwazing eerst drie zonnen, maar tevens dat twee daarvan verdwenen of uitdoofden: teken van het sterven en misschien aankondiging van een soort hemelvaart. Hij komt in zijn ellende zelfs zo ver, dat hij gaat verlangen naar het verdwijnen van de derde, de laatste, zon: teken van zijn eigen definitieve wegsterven. Kippe(n)vel!

ICT-termen
Meer dan die van vroeger merken de ouderen van nu volgens mij hoe onze taal verandert door de verwerking van nieuwe termen. Bijna de helft van de krantentaal is voor mij op het eerste gezicht vreemd, niet alleen door de verengelsing -vaak wel- maar ook door de vele afkortingen, de speciale deskundigen-taal, de neologismen, de computerinsiderstermen en het spraakgebruik van jongeren. Ik heb nog nooit zo vaak iets moeten opzoeken in een van mijn vele woordenboeken als de laatste tijd, terwijl die heus niet zo verouderd zijn. Vaak zonder resultaat. Gelukkig heb ik een computer, maar zelfs die laat het soms afweten.

Kranten
Drie kranten (dagbladen) probeer ik bij te houden: de regionale en de meer levensbeschouwelijke ’s morgens en de meer wetenschappelijke ’s avonds. Het lukt me maar matig. Dat zal ook wel komen door mijn leeftijd: ook groepsgesprekken en zelfs de fijnzinnigheid van sommige muziekstukken dringen niet helemaal meer tot mij door. Wat de kranten betreft beperk ik mezelf soms tot de koppen -die worden alsmaar dikker!- waaruit ik het nodige probeer op te maken. Maar ook dat lukt vaak niet, dan stuit ik op raadsels. Het zal wel aan mij liggen. Of ook wel eens aan de vaardigheid van de koppenmakers?

Hoevinudie?
Sint en Piet onder elkaar:
Sint: Ik voel me soms niet passen in deze tijd: mijn collega’s zien er tegenwoordig heel anders uit.
Piet: Wat denkt u van mij?