Franciscus – Geen beeld? – Rooms? – Jarig – Dante – Goede Week – Hoevinudie?

Franciscus – Geen beeld? – Rooms? – Jarig – Dante – Goede Week – Hoevinudie?

Franciscus
Daar ben ik pas! Het lukt me meestal wel om binnen de halfmaandelijkse termijn mijn hoogwaardige(!) berichtjes naar u toe te seinen, maar de afgelopen dagen had ik het zo druk dat dat deze keer niet lukte. Afgelopen vrijdag hadden we de laatste Sobere Maaltijd van de serie van dit jaar. Thema: Bronnen van Leven. Nico en Marie Schipper vertelden over hun hulp aan Ruanda bij het vinden van een eigen toekomstopbouw daar. Boeiend. Jan Louter kwam nog even terug op mijn vraag op de Franciscus-avond over hoe de heilige van Assisi aan de kost kwam als hij en de zijnen volgens de regel niet mochten bedelen. In zijn Testament staat dat hij en de broeders handwerk verrichtten, b.v. helpen bij de oogst, brandhout sprokkelen en hakken, assisteren in een melaatsenhuis enz. Ze moesten ook een vak leren, maar mochten voor hun werk geen geld ontvangen, alleen levensonderhoud in natura. Zoiets geeft toch te denken!

Geen beeld?
De zondag daarvoor mocht ik in de Do-Re-gemeente (Doopsgezind-Remonstrants) voorgaan en samen met ds. Bert Dicou de aanwezigen laten nadenken over ‘beeldenverering’. Tegenover Exodus XX,5 (geen gesneden beelden) staat in de Bijbel Paulus’ positieve reactie op het beeld van ‘de onbekende god’ in Athene. In de discussie na onze inleidingen konden we elkaar vinden in de opvatting dat met ‘gesneden beelden’ driedimensionale beelden worden bedoeld die als afgoden werden gezien en vereerd. Terwijl platte beeltenissen (en verwijzende kunstwerken zoals in Athene en in de Roomse kerken) een hulpmiddel kunnen zijn om je geestelijk te verdiepen. De bijbelse schilderingen van Rembrandt hoeven dus niet te worden verbrand! En Michelangelo kan er ook mee door!

Rooms?
Wie is er eigenlijk verantwoordelijk voor de verzieking van onze kerk na de vernieuwing in de vorige eeuw? Aan het einde van de achttiende eeuw barstte in Frankrijk de strijd uit tussen de clericale aanhang van het ancien régime (de gevestigde orde) en de progressieve instemmers met liberté, égalité en fraternité. Dit leidde ook in ons land tot een diepe tegenstelling tussen conservatieven (anti-modernisten) en progressieven (modernisten). In Nederland kregen in de tweede helft van de negentiende eeuw de vernederde rooms-katholieken via samenwerking met de liberalen -en daarna door middel van de verzuiling- de kans het oude machtsysteem in eigen kring te herstellen. De benauwdheid daarvan werd pas in de jaren na de tweede wereldoorlog beseft. En geïnspireerd door de conciliepaus Johannes XXIII braken de katholieken uit hun isolement naar buiten en begroetten ze andersdenkenden als medestanders bij de vernieuwing van de wereld. Het idealisme van de jaren zestig!
Maar Ad Simonis vond van niet. Zijn klasgenoten probeerden hem er nog bij te houden, maar hij -die wel meer vond dat hij alleen gelijk had- ging liever accoord met mensen uit de romeinse curie die de bisschopsbenoemingen claimden. Hij vond volledige instemming bij zijn, waarschijnlijk bijna enige, vriend Jo Gijsen en bij het zich katholiek noemende Katholiek Nieuwsblad: verplicht celibaat aan het priesterschap gekoppeld -gezond of niet-, geen scheiding (behalve van protestanten), geen homo’s, geen pilgebruik, liever een kleine groep ondergeschikten dan inspraak van velen, liever onderdanige ‘priesters’ uit onontwikkelde landen dan kritische voorgangers die zelf nadenken. De curie kreeg alle steun van reactionaire pausen uit Italië, Polen en Duitsland, zodat zo goed als allle Nederlandse bisdommen bisschoppen kregen opgedrongen die als vreemden werden ervaren en meestal waren opgeleid in de kring van Gijsens Rolduc. Intussen emancipeerden of verweesden de gewone en vooral de meer ontwikkelde katholieken. De meesten liepen weg, anderen zochten een eigen spiritualiteit te vinden buiten de officiële kerk om en weer anderen -zoals ik- probeerden elkaar trouw te blijven door te schuilen.
Wie is verantwoordelijk voor de verzieking? Ik laat het antwoord aan u.

Jarig
Zaterdag vóór Palmzondag was ik weer jarig. Je wordt er wel weer een jaartje ouder van maar dat heb ik er graag voor over want het was een gezellige boel. En precies in deze dagen begint er weer nieuw leven: Lente en Pasen zijn zus en broer. Ik zag in mijn eeuwigdurende kalender dat in mijn geboortejaar (1938) 12 april viel op dinsdag in de Goede Week. Het was toen vast ook al mooi voorjaarsweer en de oorlogsdreiging liet nog wel even op zich wachten. En mijn vader voelde zich voorzien van een aanstaande knecht!

Dante
Vrijdag 11 april was onze Dante-Brown-avond. De opkomst viel niet tegen en het programma kwam -na wat technische strubbelingen in het begin- goed van de grond. Vooral de muziek en de zang werden zeer gewaardeerd. Mijn inleiding viel wat langer uit dan gepland, zodat voor de discussie weinig tijd overbleef. Daarom gaan we in het komende seizoen misschien wat gespreksavonden organiseren om dieper in te gaan op het thema: is er in ons bestaan uiteindelijk opgang of ondergang?

Goede Week
Ik ben al helemaal in de stemming. Afgelopen zondag mocht ik in het Concertgebouw de Matthaeüspassie meemaken. Prachtig! In de NRC stond vandaag een ingezonden brief van iemand die de hele Bach-Passions-hype maar een saaie boel vond en veel liever andere Bachwerke hoorde. Een beetje kon ik wel met hem meegaan als het de koralen betreft, maar de meeste aria’s zijn toch van een onvergelijkelijke schoonheid. Of Bach theologisch een grootheid was, is een andere zaak.

Hoevinudie?
Een hoogtepunt uit de stal van Johan Cruijff: Een goal is pas een goal als-ie zit!